In de Gelderlander:

wapen tegen eenzaamheid.

Achter de geraniums, of hier komen spelen’

Lingewaard vergrijst en eenzaamheid onder ouderen neemt toe. De Huissense jeu-de-boulesclub vaart wel bij al die ouderen en biedt een antwoord. Een plek waar fanatiekelingen samenkomen, je elkaar best in de zeik mag nemen en nieuwe liefdes opbloeien. „Je kunt in je luie stoel achter de geraniums gaan zitten of hier komen spelen.

Wie de jeu-de-boulesclub in Huissen binnenloopt, waant zich in de Franse Provence. Voor een decor van pittoreske huisjes werpen de clubleden hun ijzeren boules. Diepe concentratie, ingehouden adem en hier en daar een high five. Secretaris Gerie Startman (78) en penningmeester Wim Polman (82) kijken aandachtig toe.

Waar ooit de gemeentewerf van voormalig gemeente Huissen gehuisvest was, zit sinds 2008 jeu-de-boulesclub Lingewaard. Met maar liefst 110 leden, 19 buitenbanen en 8 binnenbanen mag de club zich met recht de grootste van regio Lingewaard noemen. „Plus de enige mét overdekking. En dat is maar goed ook, anders valt het in de winter uit elkaar.”

„O let op, daar gaat er een schieten!” Gefocust kaatst een senior de boule van de tegenpartij weg. Zijn team is zichtbaar opgelucht. Doel van het Franse volksspel is immers om met de boules zo dicht mogelijk bij het butje (het kleine balletje) te eindigen.

Geen campingboulen, maar officiële Franse richtlijnen

Startman en Polman zijn al jaren betrokken bij de Huissense club. Wat maakt uitgerekend jeu de boules zo boeiend? „Tja, we hebben ook wel eens overwogen om rugby te gaan doen, maar na diverse botbreuken zijn we daarmee opgehouden”, grapt Startman.

Op plechtige toon praat hij verder. „Er wordt vaak denigrerend over jeu de boules gedaan, maar het is een serieuze sport. Wij hanteren de officiële, Franse richtlijnen van de Jeu de Boules Bond. Dit is geen campingboulen, waarbij je ter plekke je eigen spelregels bedenkt.”

„Er is een dik boek waarin precies beschreven staat wat je in welke situatie mag doen. Als het butje bijvoorbeeld tegen iemands voet aan komt, geldt dat bij ons gewoon als een hindernis waar je omheen moet spelen.”

Er zijn ook nog allerlei vernuftige technieken, die de leden maar al te graag demonstreren. „Je kunt knikkeren, oftewel laag rollen. Of juist heel hoog gooien, zodat de boule ‘dood’ op de baan valt. Sommigen maken er een hele balletvoorstelling van.”

Volle concentratie

„Een dom spelletje is het zeker niet”, bevestigt ook Polman. „Allereerst is elke partij anders. Soms speel je de sterren van de hemel, terwijl je bij de volgende ronde denkt: wat ben ik aan het doen?”

„Als je richting het einde van de partij gaat en het erom spant, zie je de mensen hier met strakke blikken kijken. Gaan we het wel of niet halen? Wat een feest als je je tegenstander dan tóch weet weg te schieten.”

Om dat klaar te kunnen spelen, is volle concentratie noodzakelijk. „We hadden een tijdje een buitendeur, die hard dichtklapte als iemand naar buiten liep. Dat moest snel opgelost worden. Bij toernooien is het mondje dicht en gaan.”

Boulen en babbelen

Na afloop van de pot is er wél genoeg ruimte voor gesprek. Polman: „Het is hier boulen én babbelen. In de kantine komen de sterkste verhalen naar boven. Dan zie je leden verrukt vertellen: ‘We stonden een heel eind achter en hebben ze alsnog ingemaakt!’”

Startman: „Elkaar een beetje in de zeik nemen, dat hoort erbij. Ook dorpsverhalen komen hier aan bod, over die heeft zus en die heeft zo, en wie er nu weer overleden is.”

„De gemiddelde speler hier is een gepensioneerde 70-plusser. Er komen hier zat mensen die anders thuis hadden zitten vereenzamen. Mensen die alleen zijn, ook weduwen en weduwnaars. Sommigen dachten ‘jeu de boules is niks voor mij’, en komen nu de hele week.”

Bovendien zijn er ook liefdes opgebloeid op de club. Polman schudt zo de namen van drie nieuwe setjes uit zijn mouw. „Schitterend toch, als je je partner verloren hebt en hier op de baan opnieuw iemand tegenkomt.”

Sociaal vangnet

Al met al heeft de club een sterke sociale functie. Startman: „We zijn ons daar wel van bewust. In coronatijd hebben we al onze leden persoonlijk een bloemetje gebracht. Gewoon om te laten zien: we zijn er voor jullie.”

„De hoge leeftijden maken helaas wel dat er regelmatig iemand wegvalt. Ik maak het clubblaadje en moet soms oppassen dat het geen overlijdensoverzicht wordt.”

Ook ziekte blijft de groep niet gespaard. „Gelukkig hebben wij een Lief en Leedteam dat langsgaat met fruitmanden. Ook als iemand een nieuwe heup krijgt. Alles wat we hier doen, is met aandacht voor onze leden. Het boulen bindt ons. Het houdt ons letterlijk en figuurlijk op de been.”

Anne Veens en Milan Schellingerhout 

https://www.gelderlander.nl/lingewaard/deze-stad-heeft-een-jeu-de-boulesclub-als-nieuw-wapen-tegen-eenzaamheid-achter-de-geraniums-of-hier-komen-spelen~a64bbdc4/#comments-anchor